Het busstation ‘knooppunt Schiphol-Noord’ betreft een bijzondere vorm van hergebruik: een Britse T2-vliegtuighangar uit de Tweede Wereldoorlog is gerenoveerd en herbouwd als OV-knooppunt met 8 bushaltes. Deze bestaat uit 24 demontabele stalen spanten met een translucent dak, bijzondere verlichting, en is zelfvoorzienend wat betreft energieverbruik. De vraag van de Stadsregio Amsterdam sloot goed aan bij de ambitie van Schiphol Group om hoogwaardig, duurzaam en circulair te bouwen. Het busstation is het eerste gebouw in een reeks van nieuw te ontwikkelen kavels aan de noordzijde van Schiphol en dient als aanjager voor duurzame ontwikkeling met hoge flexibiliteit in volume, indeling, en in functie van dit deel van Schiphol. De schaal en vormgeving van het gebouw maken het transfereren tot een spectaculaire ervaring. Door de verlichting in combinatie met het translucente dak is het busstation overdag en ‘s avonds een aantrekkelijke en veilige plek, en dit heeft bovendien z’n uitwerking naar de omgeving: het busstation wordt de ‘grootste lampenkap van de regio’ genoemd. De historische stalen hoofddraagconstructie met de enorme overspanning is geland op zijn derde bestemming. Dat werd mogelijk gemaakt door een relatief eenvoudige verplaatsing vanwege de ultieme flexibiliteit van de overspanning. Het geeft een zichtbare link met de luchthaven geeft de toekomst weer nieuwe circulaire mogelijkheden. Het is een modern publiek semipermanent gebouw van ruim 70 jaar jong.