Transformatie Siriusstraat Hoorn, blok 1 en 3 – Hoorn

Transformatie Siriusstraat in Hoorn Hoe woningcorporatie Intermaris, de gemeente Hoorn, een stedenbouwer, drie architectenbureaus en drie kunstenaars een na-oorlogse buurt revitaliseren. De bestaande na-oorlogse portiekflats zijn gesloopt en vervangen door hoogwaardige sociale woningbouw. Het plan bestaat uit vijf separate bouwblokken rond hoven en straatjes langs de Siriusstraat. De vijf blokken vormen een reeks van gebouwen, elk met een sterk eigen karakter, maar onderling duidelijk van eenzelfde familie. De afgelopen jaren is er met een breed samengestelde team op een integrale wijze gewerkt aan dit vernieuwingsproject. In intensieve workshops met alle disciplines samen is er een optimistisch en bijzonder plan ontstaan. Een plan waarin op alle schaalniveaus, van stedenbouw tot bijzondere detailleringen en beeldende kunst-toepassingen, ingrepen worden gedaan om een betekenisvolle leefomgeving te realiseren. De bouwblokken hebben een plastische opbouw van de massa, met een menselijke maat. Hoogteaccenten op de koppen worden vanaf de begane grond met set-backs opgebouwd, zodat nergens het beeld van een massaal, hoog volume ontstaat. Sociale veiligheid, overgangen openbaar-privé, groene inrichting van de openbare ruimte en een expressieve baksteenarchitectuur zijn belangrijke uitgangspunten van de ontwerpen. Dit wordt gecompleteerd met kunsttoepassingen, specifiek per blok ontworpen, in samenhang met de architectuur. Stedenbouwkundig plan en supervisie: Wiersema architecten Bouwblokken 1 en 3: M3H architecten Kunst bouwblok 1 en 3: Nynke Koster Bouwblokken 2 en 4: Heren 5 architecten Kunst bouwblok 2 en 4: Folkert de Jong Bouwblok 5: FARO architecten Kunst bouwblok 5: Giny Vos De twee bouwblokken van M3H onderscheiden zich door hun circulaire toepassing van baksteen. Het zijn de eerste appartementengebouwen in Nederland die gerealiseerd zijn met het ‘DryStack’ droog stapelsysteem. Hiermee zijn de gevels volledig demontabel. NB De vier architectenbureaus hebben besloten om hun plandeel apart in te zenden voor de Arie Kepplerprijs 2024 (omdat er dan meer ruimte is om de bijzondere kwaliteiten van het plan te tonen) maar suggereren de jury nadrukkelijk om de plannen in samenhang en als deeluitwerkingen van een totaalplan te bekijken.