Categorie
Cultuurhistorie als inspiratiebron, Energie, klimaat en duurzaamheid, Herbestemming en hergebruikProjectgegevens
Algemene toelichting op het project
Forteiland Vuurtoreneiland is een magische plek, omzoomd door de horizon op het Markermeer, open naar wind en zon, bezaaid met resten van de verdedigingswerken en natuurlijk de sinds kort weer operatieve vuurtoren. Hier is een masterplan uitgerold, dat zo min mogelijk impact zou hebben op de bestaande melancholie van natuur en het vervallen fort. Zeer zorgvuldig zijn alle inpassingen overwogen.
Amsterdamse ondernemers Brian Boswijk – enige bewoner van het eiland – en chef Sander Overeinder openden als test in 2012 een tijdelijk zomerrestaurant op het eiland, onderdeel van de Stelling van Amsterdam en UNESCO werelderfgoed, op voorwaarde dat ze het fort zouden restaureren. Het groeide uit tot een enorm succes en 3 jaar later startte de renovatie. Tegelijkertijd werd ook een duurzaam masterplan uitgerold om het eiland zo ver mogelijk zelfvoorzienend te krijgen.
Boswijk en Overeinder namen Krft (architect) en Arup (installaties en constructie) in de hand en besloten om het verleden niet te revitaliseren maar om de bestaande poëzie van het verval te behouden: de vergane geschiedenis, overwoekerd door de natuur. Zo werd de unieke melancholie op het eiland geconsolideerd. Het restaurant werd in de oude kazerne voorzien, in de de oude slaapvertrekken en officierskamers.
De renovatiewerkzaamheden, voorbereid door specialist bunkerQ, zijn simultaan uitgevoerd met een aantal nieuwe toevoegingen door krft. De kazerne kreeg een subtiele, ingepaste nieuwe façade, een nieuwe multifunctionele vloer en werd voorzien van 3 vrijstaande blokken: de keuken, de bar en de toiletten. Achter de kazerne werden de munitiebunkers voorbereid voor toekomstig gebruik als slaapplek, naast het voormalige kanonplatform, dat kan gebruikt worden als openluchttheater.
De keuze om zelfvoorzienend te zijn was een noodzaak voor een dergelijke afgelegen plek. Door het gebruik van traditionele technieken, zoals rondbuisventilatie, helofytenfilters en het gebruik van ouderwetse houtkachels, is het eiland zelfvoorzienend, met uitzondering van de elektriciteit, die bij de lokale windenergie coöperatie ingekocht wordt. De duurzame installaties komen samen in een schuur, bekleed met geblakerd larikshout, een Japanse preservatietechniek door afbranden (Shou Sugi Ban). Hiermee wordt het eiland een gesamtkunstwerk, met vuur als het hoofdingrediënt voor de keuken, het energieconcept en de architectuur.
Indiener
Ontwerper/ Beleidsmaker
Opdrachtgever
Betrokken partijen
Afbeeldingen & Projectinformatie
Download hier de projectinformatie PDF