Woongebouw Marytgen – Heemskerk

Sinds 1952 realiseert Sint Agnes Woning Stichting betaalbare huisvesting voor senioren en tot op heden wordt de stichting op basis van vrijwilligheid bestuurd door deskundigen op het gebied van maatschappelijk werk, financiën en bouwkunde. In opdracht van de woningstichting en Bouwers Van Braam-Minnesma BV heeft Studio Architectura het ontwerp mogen leveren voor de bouw van 24 levensloopbestendige woningen in de sociale sector en het hoofdkantoor van de woningstichting. Met eenvoudige materialen en door een liefdevolle uitvoering is een gebouw verrezen dat haar naam waardig is. Naast bewustwording van de plaatselijke geschiedenis speelde bij de keuze van de naam Marytgen ook het sociale component een grote rol. De naam verwijst naar de tweede vrouw van de schilder Maerten van Heemskerck (1498-1574). Zij was de dochter van Gerrit van Warmont, burgemeester van Haarlem. Maerten en Marytgen trouwden op 15 april 1558 en betrokken een groot huis aan het Donkere Spaarne. Het huwelijk bleef kinderloos. Maerten stierf op 1 oktober 1574 en werd begraven in de Sint Bavokerk. Tijdens hun huwelijk hadden Maerten en Marytgen een testament laten opstellen, waarin een zogeheten bruidenfonds was opgenomen. Meisjes uit Heemskerk en Haarlem die ‘wel gescapen ende gesien soude wesen’ en die bij het graf van Maerten in de Sint Bavokerk trouwden, ontvingen een som geld als bruidsschat. De huwelijksgift, waarvoor elk jaar twee bruidsparen in aanmerking kwamen, mocht alleen worden besteed aan ‘heure huyse en huysraet’. Het laatste paar dat bij zijn graf trouwde was Trijntje Klaasse de Boer die op 27 november 1787 trouwde met Jan Kuil. Trijntje kwam uit Heemskerk. Maerten van Heemskerck heeft als schilder een rijk oeuvre nagelaten. Ondanks de grote rol die Marytgen in zijn leven speelde, is er weinig over haar bekend. Door haar naam langs de straat, die Maerten veelvuldig op zijn weg naar Haarlem zal hebben bereden een plaats te geven, zal ook Marytgen opnieuw worden herinnerd. Het jaar van opleveren valt samen met het 450e sterfjaar van de schilder, dat voor drie musea aanleiding heeft gegeven grootse tentoonstellingen te organiseren.